Labo test scan

Een proactieve beheersing van de voedselveiligheid in de voedingsindustrie

Waarom dit project?

Belgische voeding staat bekend om zijn kwaliteit en betrouwbaarheid, ook naar voedselveiligheid toe. Maar voedselveiligheid is een item waar blijvend aan gewerkt moet worden. Door de proactieve en preventieve benadering in voedselveiligheid centraal te plaatsen via een grondige validatie van productieapparatuur en de verankering van een voedselveiligheidscultuur in het DNA van de hele organisatie, en dus in de geesten van alle medewerkers, zal de Belgische voedingsindustrie weer een duidelijke voorsprong nemen op de (buitenlandse) concurrentie.

Onderzoeksaanpak en resultaten

Q-DNA was een driejarig collectief onderzoeks-, ontwikkelings- en disseminatieproject (type COOCK) met als doel om de voedselveiligheidsstatus van voedingsbedrijven significant te verhogen door in te zetten op 2 complementaire pijlers, nl. technologie en arbeidsorganisatie.

Het project ontwikkelde hiervoor state-of-the-art tools en methodes die een voedingsbedrijf kan implementeren:

Pijler 1: procesvalidatiemethodes om te kunnen garanderen dat het werkelijke productieproces en het gebruikte productieapparaat voldoende voedselveiligheidsrisico’s reduceert en het bedrijf veilige en kwaliteitsvolle voeding produceert (process validation).

  • Concreet werd een collectie veilig inzetbare surrogaatstammen uitgebouwd voor de validatie van microbiële inactivatie door industriële productieprocessen.
  • Een nieuw protocol voor challenge tests met surrogaatstammen werd ontwikkeld en industrieel toegepast in 3 generieke case studies (pasteurisatie, warm afvulproces en bakken van koekjes).

Pijler 2: managementtools om een positieve voedselveiligheidscultuur doorheen alle lagen en afdelingen van het bedrijf te creëren (food safety culture)

  • Een roadmap (stappenplan) werd opgesteld en doorlopen bij 4 testbedrijven met als doel een meer mature voedselveiligheidsculltuur te bereiken.
  • Hiervoor werd een assessment protocol ontwikkeld waarbij in totaal 6 diagnostische meetprotocollen werden gebundeld in een “mixed-method assessment”. Dit assessment stelt bedrijven in staat de maturiteit van hun voedselveiligheidscultuur te meten en te evalueren.
  • Vervolgens kunnen de werkpunten blootgelegd worden via een gap analysemethode.
  • Door het implementeren van een interventie uit de interventietoolbox kan een bedrijf zijn voedselveiligheidscultuur verbeteren.

Dit vonden de bedrijven ervan:

Accepteer marketing-cookies om deze content weer te geven.

Cookie-instellingen
1/0

Als tip voor andere bedrijven in de voedingsindustrie zouden wij willen meegeven: Zorg ervoor dat je het managementteam, vooral de CEO, er vanaf het begin bij betrekt. Zij zijn essentieel om Food Safety en kwaliteit op de radar te zetten en dat zo te houden.

Olivier Galard – Group Quality Health & Safety Director – Greenyard

Dankzij het Q-DNA project is het Food Safety Culture gegeven voor ons minder vaag geworden. Dankzij de gap analyse en de daaropvolgende interventies hebben we concrete tools in handen om Food Safety Culture meetbaar te maken en te kunnen verbeteren binnen onze organisatie. 

Karlien D’huys – Quality Manager – Deliva

Bij gedragswijziging zijn soft skills en communicatie erg belangrijk. Maar dat is niet altijd even rechtlijnig. Met de gap analyse kan je deze elementen meten en zo een zicht krijgen waar je moet starten. Het Food Safety leerpad laat toe om op lange termijn de cultuur te veranderen en deze te meten.

Koen Liekens – CEO – Altoni Kelderman

Toegang tot de projectresultaten

Het project liep van 1 april 2021 tot 31 maart 2024.

De nieuwe methodologie om industriële hitte processen te valideren m.b.v. surrogaatstammen werd opgenomen in de dienstverlening van Universiteit Gent. Ontdek in dit filmpje hoe het werkt!

Accepteer marketing-cookies om deze content weer te geven.

Cookie-instellingen

Met betrekking tot het luik “food safety culture” zijn er twee online tools beschikbaar:

De resultaten kunnen bovendien na het nemen van een licentie bij Universiteit Gent commercieel vermarkt worden.

Doelgroep

De resultaten van het project richten zich naar alle Vlaamse voedingsbedrijven. Met de tools die in het project ontwikkeld werden, inclusief de beschikbare surrogaatstammen, kunnen bedrijven de menselijke factor op organisatie-niveau ten volle benutten in de garantie van kwaliteit, hygiëne en voedselveiligheid van de producten.

Projectpartners

Flanders’ FOOD beheerde en coördineerde het project. De uitvoering was in handen van Universiteit Gent (o.l.v. prof. Frank Devlieghere, prof. Liesbeth Jaxcsens en prof. Peter Vlerick), met begeleiding van Fevia en Alimento. 

Het team bouwde hierbij verder op kennis uit twee recente doctoraten aan de Universiteit Gent, over respectievelijk een nieuwe vorm van procesvalidatie en het creëren van een voedselveiligheidscultuur.

Universiteit Gent
Fevia
alimento logo
Flanders' FOOD logo

Contactpersonen

  • Voor algemene vragen over het project kan u terecht bij Ines Colle van Flanders’ FOOD. Ines.colle@flandersfood.com
  • Voor de dienstverlening m.b.t. procesvalidatie kan u contact nemen met Frank Devlieghere van UGent. Frank.Devlieghere@UGent.be
  • Bij interesse om een gelicentieerd partner te worden m.b.t voedselveiligheidscultuur kan u contact nemen met Liesbeth Jacxsens van UGent. Liesbeth.Jacxsens@UGent.be